Facade Protect

TOEPASSINGEN
Doeltreffende bescherming tegen slagregen, nattigheid en vocht van genoemde bouwondergronden.
EIGENSCHAPPEN
–  Verlies van (warmte-) isolatiewaarden.

–  Voorkomen van vorstschade.

–  Hoge indringdiepte in alle zuigende minerale
ondergronden.

–  Bevat korte moleculaire ketens in een snel verdampend
oplosmiddel.

–  Op licht vochtige ondergronden toepasbaar.

–  Reageert in korte tijd uit tot een waterafstotende,
slagregendichte en onzichtbare impregnering die de
poriën van de ondergrond niet verstopt.

–  Niet geschikt voor toepassingen op vloeren en niet als
afdichting tegen bodemvocht.

–  Niet geschikt als afdichting tegen drukkend en
doorsijpelend water en niet geschikt als afdichting tegen staand/oppervlaktewater.
NB: Façade Protect kan leiden tot het intensiveren van de ondergrondkleur. Het aanleggen van een klein testoppervlak buiten het zicht zal uitsluitsel geven over een mogelijk optredende kleurverandering van de ondergrond.
VERWERKING
Voorbereiding: Façade Protect dient alleen te worden verwerkt bij temperaturen van +5°C tot +35°C en een

.
relatieve luchtvochtigheid van maximaal 80%. Niet verwerken bij intensieve zonnestraling op de te behandelen oppervlakken.
Ondergrond: De minerale ondergrond kan droog, maar mag ook lichtvochtig zijn. Ondergrond dient schoon, voldoende vast te zijn en vrij van uitbloei, vrij van coatings/verflagen, zonder verontreinigingen door scheidingslagen zoals bekistingsolie en vrij van mos, schimmels en algen. Scheuren, slechte voegen en andere onvolkomenheden in de ondergronden vooraf repareren met daarvoor geschikte middelen.
NB: Voorafgaand aan de impregnering dienen aangrenzende oppervlakken en bouwdelen zoals ramen, deuren, glazen, luifels, lampen, postbussen afdoende te worden afgedekt. (Bouw)Ondergronden die gevoelig zijn voor oplosmiddelen, alsmede beplantingen eveneens afdekken. Bouwwerkzaam- heden zoals saneringen (bijv. voegenrenovaties) en reparaties dienen vóór impregneren met Façade Protect te zijn afgerond en moeten verontreinigingen van de ondergronden als gevolg van deze werkzaamheden zijn verwijderd. Aangrenzende gebouwen afschermen. Aanbrengen: Façade Protect in een daarvoor geschikte drukspuit met brede spuitmond gieten en in de eerste arbeidsgang met lage druk vloeiend van beneden naar boven aanbrengen. De hierbij naar beneden vloeiende Façade Protect dient over 30-50 cm brede vlakken af te stromen; dit is een duidelijke indicatie voor het voldoende aanbrengen van het product. Aansluitend nogmaals aanbrengen (nat-in-nat) in de tweede arbeidsgang op dezelfde wijze als hierboven omschreven. Op minder sterk zuigende ondergronden kan men volstaan met één behandeling.
Men kan Façade Protect ook verwerken met behulp van een zachte blokwitter of kwast. De oppervlakken dienen tijdens verwerking van Façade Protect en gedurende 3 uur ná verwerking van Façade Protect te worden afgeschermd tegen regen. Om vast te stellen hoeveel Façade Protect men op de ondergronden moet aanbrengen is het maken van een klein testoppervlak aan te raden.
LET OP!
Bij toepassingen op niet zuigende ondergronden, steenstrips kan na droging vlekvorming ontstaan. Dit wordt veroorzaakt doordat de Façade Protect geen mogelijkheid heeft om in de ondergrond te dringen.
Bij twijfel over de gechiktheid vooraf een klein testvlak aanbrengen.
VERBRUIK
Afhankelijk van de zuigkracht van de ondergronden is het verbruik van Façade Protect 0,2 tot 1,0 liter per m2.
OPSLAG EN STABILITEIT
Koel en droog opslaan in ongeopende originele verpakking tussen +5°C en +25°C. 12 maanden houdbaar in ongeopende originele verpakking. Aangebroken verpakking is beperkt houdbaar.